Casus mevrouw Bogers
Mevrouw Bogers lijdt aan dementie. In 2012 maakte RTV Rijnmond een prachtig en aangrijpend portret van haar laatste door Alzheimer verkleurde jaren.
Dit is deel 3 van 4
Bekijk dit deel van de film en herschrijf het verpleegplan dat van deel 1 en 2 is gemaakt met behulp van het volgende kernbegrip en deelvragen:
- Welke Classificatie zou jij gebruiken voor deze casus: Omaha of Gordon? Beargumenteer je antwoord
- Welke kennis is nodig om in deze casus een goede anamnese te maken?
- Hoe zou jij in het verpleegplan de familie betrekken?
- Maak een verpleegplan aan de hand van Gordons gezondheidspatronen.
- Formulier via klinisch redeneren verschillende verpleegkundige diagnoses, doelstellingen in verpleegkundige interventies.
De vragen hebben een relatie met het kernbegrip klinisch redeneren.
Klinisch redeneren
Het continu procesmatig gegevens verzamelen en analyseren gericht op het vaststellen van vragen en problemen van de zorgvrager, en het kiezen van daarbij passende zorgresultaten en interventies.
Kennis
- Kent de principes van klinisch redeneren, verpleegkundige kennis en (verpleegkundige) classificaties.
- kent onderliggende basisprincipes uit o.a. de anatomie, fysiologie, psychologie, pathologie en farmacologie.
- Kent belangrijkste begrippen en theorie omtrent actuele thema’s zoals de ouder wordende bevolking, invloed van leefstijl op gezondheid, co- en multimorbiditeit bij zorgvragers, en de inzet van het informele netwerk van zorgvragers.
- Kent de theoretische modellen over (gevalideerde) zorgverlening achter haar activiteiten en interventies.
- Kent bronnen van het verpleegkundig handelen, actuele richtlijnen en professionele standaarden.
- Kent methoden voor risicoinschatting, vroegsignalering, probleemherkenning, interventie en monitoring.
- Kent uitgangspunten en principes van palliatieve zorg.
- Kent/weet de persoonlijke beleving van de zorgvrager ten aanzien van het probleem.
Vaardigheden en attitude
- Kan informatie verzamelen en combineren vanuit diverse bronnen in de verschillende fasen van het verpleegkundig proces.
- Kan op basis van de verzamelde informatie de verpleegkundige zorgvragen, zorgresultaten en interventies vast stellen.
- Kan het verloop monitoren en de resultaten evalueren bij zorgproblemen in de vier gebieden van het menselijk functioneren.
- Kan classificaties van verpleegkundige kennis toepassen.
- Toont verantwoordelijkheid voor het eigen handelen.
- Houdt in haar handelen rekening met de wensen, behoeften van zorgvrager en diens naasten.
- Ziet de zorgvrager als partner is het vaststellen van zorg.
- Toont een onderzoekende houding richting zorgvrager bij de analyse van de zorgvragen.